Lage temperaturen funest
Door de lage temperaturen wordt de accu namelijk zwakker. Gelukkig ben je, met behulp van een andere auto en startkabels, zo weer op weg. Maar hoe weet je nu wanneer de accu leeg is? Waar moet je op letten bij de aanschaf en het gebruik van startkabels?
Eerste symptomen lege accu
Zodra je de sleutel omdraait of op de startknop drukt en de startmotor heeft moeite om de motor van de auto aan te krijgen kan dit de oorzaak van een (bijna) lege accu zijn. Bij lage temperaturen heeft de accu het extra zwaar en is de kans groter dat er startproblemen ontstaan.
Werkt de verlichting nog?
Om nu zeker te weten dat het aan de accu ligt, kun je een tweede check doen aan de hand van de verlichting. Doe de koplampen aan en probeer nogmaals de auto te starten. Als de lampen zwakker worden of uitgaan, dan kun je er eigenlijk wel vanuit gaan dat het een zwakke of lege accu betreft. Ga dan niet als een bezetene de auto 'leeg starten'. De kans dat de auto alsnog zal starten is gering. Ga dan naar andere oplossingen zoeken.
Stappenplan auto starten
Zorg dat de 'hulpauto' met volle accu en de auto met lege en/of zwakke accu naast of tegenover elkaar staan zonder dat ze elkaar raken. Zet bij beide auto's de motor af, de handrem erop en de versnelling in zijn vrij. Zet alle elektrische apparatuur in de auto af, dus ook de radio.
Startkabels
Gebruik zware, dikke startkabels die voldoende vermogen leveren. De doorsnede van de kabels moet namelijk in verhouding staan tot de te leveren stroomsterkte: 16 millimeter voor benzinemotoren en 25 millimeter voor dieselmotoren. Bij dunne kabels loop je het risico op brandgevaar door oververhitting.
Rood en zwart polen
Onthoud bij de startkabels dat de rode kabel de pluspool is en de zwarte kabel de minpool. Op de accu zijn deze polen makkelijk aangegeven met een plus- en minteken. Naast deze plus-en mintekens op de accu zitten metalen dopjes waar de klemmen bevestigd moeten worden. Sluit eerst de pluspool (rode kabel) aan de hulpaccu (volle accu) en daarna pas aan de zwakke/ lege accu. Doe dit vervolgens ook met de minpool (zwarte kabel): eerst aan de volle accu en daarna aan de zwakke/ lege accu.
Nu de kabels zijn aangesloten, kun je de auto met volle accu starten en hem stationair laten draaien. Start vervolgens ook de auto met de lege accu en wacht totdat deze goed loopt. Als de motor van de auto met lege accu niet goed draait, zet deze dan weer af. Laat hierbij de motor van de 'hulpauto' doordraaien en probeer het vervolgens na vijf minuten nog eens.
Zodra de motor van de auto met lege accu weer start, kun je die van de hulpauto weer uitzetten. Let goed op bij het losmaken van de startkabels.: maak de kabels altijd in omgekeerde volgorde van aansluiten los. Dit ter voorkoming van vonkvorming vlakbij de accu. Dus: haal de zwarte kabel uit de auto waarvan de accu leeg was en daarna pas uit de 'hulpauto'. Doe ditzelfde met de rode kabel.
Nadat de zwakke accu weer gestart is, kun je het beste een kwartier rijden, zodat de dynamo de accu weer helemaal kan opladen. Hiermee voorkom je dat je na een kwartier weer met pech langs de weg staat.
Om een lege/ zwakke accu te voorkomen kun je het beste de accu af en toe opladen met een acculader. Controleer ook regelmatig het accuwater of laat de accu bij een garage testen. Als de accu zwak/ leeg is, vervang deze tijdig.